Inhoud
De bij Arras in moeilijkheden verkerende Fransen verzoeken de Britten een offensief te beginnen om de Duitse troepen meer in het noorden te houden. Dit verzoek valt na een reeks Britse aanvallen ten zuiden van Ieper, allen teruggedreven met zware verliezen. Het scenario is altijd hetzelfde: een kort bombardement gevolgd door frontale infanterieaanvallen die stuiten op moeilijk te doorboren prikkeldraadbarrières, loopgraven en mitrailleursnesten. De munitievoorraden zijn erbarmelijk karig. De meeste granaatkartets mogen maar veertig schoten per stuk afvuren, met een beperkt effect op de versterkte stellingen.
Generaal French heeft zes gelijktijdige, kleinschalige aanvallen ingepland. Het Indiase leger krijgt de hoofdmoot voor zijn rekening. Deze eenheid heeft sinds zijn aankomst in Vlaanderen enkele weken eerder al zware beproevingen doorstaan. De Indiase troepen leden zware verliezen tijdens de verdediging van Ieper en een reeks gevechten tussen de Belgische grens en het kanaal van La Bassée. Veel van de overlevenden zijn uitgeput en sterk verzwakt door de barre winterse levensomstandigheden in de Vlaamse loopgraven, die voor het grootste deel blank stonden, en een chronisch gebrek aan warme kleding en degelijke voeding.
De aanval begint op 19 december om 3.10 uur tussen het kruispunt van La Bombe bij Neuve-Chapelle en het kanaal van La Bassée. Het is ijskoud en het regent. De Lahore Divisie vertrekt uit Givenchy-lès-La-Bassée en neemt de eerste Duitse linies in, ondanks intensief mitrailleurvuur. Meer naar het noorden, voor Festubert, veroveren de Gharwal Brigade en de Ghurkas 300 meter Duitse linie. De Duitsers herstellen zich echter snel en lanceren in de loop van de ochtend tegenaanvallen, gesteund door de artillerie en massaal gebruik van handgranaten – een wapen dat door de Britten hoegenaamd niet gebruikt wordt. Bij het aanbreken van 20 december bombardeert de Duitse artillerie de Indiase troepen. In de loop van de ochtend ontploft een serie mijnen onder de Britse linies, met veel slachtoffers als gevolg. De Duitse infanterie wint terrein voor Festubert en staat op het punt Givenchy te omcirkelen. Meer dan 800 Britse soldaten worden krijgsgevangen genomen. Onder de dreiging wordt per bus versterking aangevoerd om het ontbonden Indiase leger af te lossen.
De Britten hebben zware verliezen geleden, vooral de Indiase eenheden. Soldaten raakten niet alleen gewond door Duitse kogels en granaten, veel soldaten leden aan wintervoeten: de zogenaamde ‘loopgravenvoet’.
De Britse aanvallen in Frans-Vlaanderen in december 1914 werden zonder duidelijk doel en met schaarse middelen geleid, wat uitliep op veel slachtoffers (4.000 Britse tegenover 2.000 Duitse slachtoffers) zonder enige terreinwinst. Met name de Indiase troepen zijn zwaar getroffen. Ze geven steeds vaker te kennen dat ze niet voorbereid zijn op vechten onder dergelijke voorwaarden en het opperbevel besluit om ze geleidelijk aan van het westfront te halen.
Een van de belangrijkste redenen van de wapenstilstand op het front rond Kerstmis is de behoefte om de talloze doden te begraven, gesneuveld in volgelopen bomkraters en het niemandsland.
Yves Le Maner
Directeur van La Coupole,
Centrum voor Geschiedenis en Herinnering van de Nord–Pas-de-Calais